Wanneer?

20121214-041018.jpg

I.M. Fleur Bloemen, de knop die niet mocht bloeien.   4 september 1997 † 11 december 2012

.

.

Weer een dood die mogelijk voorkomen had kunnen worden. Weer werden signalen niet opgevangen. Veelal omdat mensen ze niet kennen, in mindere mate omdat mensen ze niet herkennen. Hoe lang moet dat zo nog doorgaan? Welke bedrijfsbelangen staan er in hemelsnaam op het spel dat praten over (de gevolgen van) zelfdoding onherroepelijk tot ontslag leidt; op staande voet of – als de media-aandacht te groot is – pas als de ophef weer geluwd is.

Laat NS, als bedrijf dat toch voortdurend – willens en wetens – in het nieuws is, nu eens op een positieve manier het voortouw nemen:

‘Mevrouw Pauws, meneer Wittema, laten we het nu eens niet over de trein hebben. Dat begint toch een beetje flauw te worden. Een ander verhaal dan de vorige keer en de keer daarvoor vertel ik u toch niet. Maar weet u wat pas erg is? Pesten! Daardoor sterven mensen, kinderen nog, veel te jong en lopen onze conducteurs die de resten van die nauwelijks volgroeide lichamen verplicht moeten afdekken onnodig trauma’s op. Wat denkt u van de machinist die zo’n kind secondenlang recht in de ogen kijkt terwijl hij beseft dat op tijd stoppen onmogelijk is? En ik als directeur? Mijn taak is waarschijnlijk de zwaarste. Ik vertegenwoordig namelijk en plein publiek het hele bedrijf. Ik zeg telkens dat wij samen met ProRail het aantal zelfdodingen gaan aanpakken dus ik heb telkens weer iets uit te leggen. Mijn fantasie kent ook grenzen. Laten we dit keer eindelijk eens de handen uit de mouwen steken en levens redden. Wat zegt u ervan?’

Alle personen uit bovenstaande verhaaltje zijn natuurlijk volledig verzonnen, elke overeenkomst met bestaande personen berust op louter en alleen toeval. Zelfdoding is ook niets om grappen over te maken. Er is immers nooit een schuldige bij een dodelijke aanrijding. Hoewel de politie de machinist als verdachte mag aanhouden, is die net zo goed slachtoffer als degene die het leven heeft opgegeven. Al zouden we slechts één individu redden door pesten en zelfdoding als gevolg daarvan bespreekbaar te maken, dan is het zinvol vandaag nog het taboe te verbreken.

Reken echter niet op grondpersoneel van NS. Zolang de directie denkt dat het niet gebeurt als je er niet over praat, blijft het onderwerp voor elke conducteur, machinist, servicemedewerker of wie je dan ook op het perron zult treffen, dodelijk…

…en worden we nog vaak geconfronteerd met de pijn als die van een meisje dat, bijna drie jaar na het winnen van een prijs voor haar gedicht, voor de ogen van haar klas, niet meer verder kon…

.

20121214-040803.jpg

Fleur Bloemen. De knop die nooit mocht bloeien.

Op mijn vorige school

Ben ik erg gepest

Ik was anders dan de andere,

Anders dan de rest.

Ik weet niet waarom,

Het begon als een spel.

Het liep uit de hand

En eindigde voor mij in een hel.

 .

Het ging drie jaar door,

En niet alleen schelden

Wat ik ook elke dag hoor.

 .

Ik had er genoeg van,

Het zat me tot hier.

Nu ben ik daar weg,

met heel veel plezier.

 .

Diep van binnen ben ik bang,

want straks herhaalt het zich weer,

dan voel ik die pijn weer,

en dat wil ik nooit meer. 

.

.

De ervaringsdeskundige:
www.skizzle.nl
Info@skizzle.nl

Pesten voor gevorderden:
www.machinistlog.nl/pesten

The Good, The Bad and The Ugly

Het leven van een columnist bij één van de NS-publicaties gaat tegenwoordig niet meer over rozen. Belediging, intimidate en regelrechte bedreiging, je moet het allemaal over je heen laten komen. Waarschuw je voor een slecht zichtbaar sein dat ongelukken kan veroorzaken, dan lost men dit op door je een officiële waarschuwing te geven, met het vooruitzicht op ontslag. Een nieuw dieptepunt heeft men bereikt door een artikel en steunbetuiging van een collega en tevens lotgenoot van een kankerpatiënt te negeren. Men gaat over lijken om het personeel monddood te maken. Waar die doodsangst voor schrijvers vandaan komt, weet ik niet. Je hoeft het ook niet te vragen, want je krijgt op geen enkele vraag antwoord. Dat heet Open en Transparant.

Dieptepunt van service in Eindhoven vond ik vorig jaar – en nu nog – het afsluiten van de liften voor reizigers en rijdend personeel. Bejaarden met een rollator in de kou laten staan, dat botst met ieder gevoel voor dienstverlening, dat stuit elke conducteur en machinist tegen de borst. Het enige concrete dat er tot nu toe aan de situatie gedaan is, is dat er over is vergaderd. De liften zijn nog steeds gesloten. Volgens het management op last van de brandweer. In augustus 2011 heb ik er een column over geschreven. Helaas was de deadline toen naar voren geschoven en kon die niet meer in het septembernummer geplaatst worden. Het zou nu oktober 2011 worden, in ieder geval had ik de bevestiging dat de tekst goedgekeurd was. Toen het oktobernummer echter uitkwam, bleek de helft per ongeluk vervangen door pagina’s van Zeeland. Omdat er nog steeds niets aan de situatie met de liften verbeterd is, hier alsnog de bewuste column. Met schriftelijke goedkeuring!

The Good, The Bad and The Ugly

Good, bad, ugly

Ik ben geen liefhebber van westerns en van spaghetti raak ik de draad kwijt. De combinatie is echter wonderschoon. De muziek van Ennio Morricone in The Good, The Bad & The Ugly is een oervorm van communicatie. Een stem schalt over de vlakte: aïaïai. Uit de heuvels komt de echo: wahwahwah. Simpel en doeltreffend. Aïaïai, belt de machinist en wahwah komt het sein veilig. Aïaïai, vraagt de conducteur, zijn teammanager heeft de wahwah zelfs al voor hem gestrikt.

 Helaas, de aïaïai wordt niet meer gehoord en de wahwah is meestal het antwoord op een vraag die niemand gesteld heeft. Dat hebben we de afgelopen winter aan onze haperende communicatie gemerkt. Met berichten op iNSite over een medewerkerspanel en de beoogde ‘open’ uitstraling van NS, lijkt daar dit jaar verandering in te komen. Openheid en naar elkaar luisteren. The Good en The Bad deze winter eensgezind op de trein?

 Sergio Leone waarschuwt echter voor bedrog. Hoe lelijk The Ugly is, ondervond ik begin augustus. Een hoogbejaarde vrouw die zwaar op een rollator steunde, vroeg mij haar de trap af te dragen. Haar stoptrein vertrok plotseling van een ander spoor en er was geen tijd meer een servicemedewerker te bellen. Ik voelde me machteloos. Maar met een vrouw van negentig de trap af en op te rennen, vond ik onmenselijk en respectloos. Een groene jas, wanhopig heen en weer bewegend boven de trap, was het laatste dat ik van de vrouw zag.

 Waarom moest ik deze vrouw een uur laten wachten? Enkel omdat één of meerdere personen uit het management – NS of brandweer die de afsluiting van de liften bevolen schijnt te hebben – mij niet in staat achten bewust te kiezen tussen lift en trap? Ik hoop dat het niet tekenend is voor de mate van vertrouwen in het personeel, maar door dit voorval vrees ik de eerste sneeuwvlok.

Steun columnist Arend en zijn collega met een berichtje.